Leerlingen motiveren: zo kan het ook!

Leerlingen motiveren: zo kan het ook!

De belangrijkste rol van onderwijs is het voorbereiden van leerlingen op de toekomst, zowel voor kwalificatie als socialisatie en personificatie. Tumult levert leermiddelen die deze drie functies aan bod brengen, namelijk studievaardigheden, sociaal-emotionele vaardigheden en LOB. Mentoren kunnen veel doen om het leren van de leerlingen te bevorderen en daarmee bij te dragen aan de toekomst van de leerlingen. Echter, halen leerlingen wel alles uit de lessen als zij niet gemotiveerd zijn om te leren?

Leraren worden ondergedompeld in informatie over motivatie. Niet zo gek, want uit vele onderzoeken is gebleken dat motivatie een belangrijke factor in het leerproces is. Leerlingen met een hoge motivatie presteren beter op school, vallen minder snel uit, kunnen hun eigen leren beter vormgeven en zijn over het algemeen gelukkiger. De termen intrinsieke en extrinsieke motivatie zullen vele docenten dan ook bekend voorkomen. Tijdens de lerarenopleiding lag ik nachten wakker, nadenkend over de manier waarop ik de intrinsieke motivatie van leerlingen kon verhogen.

 

Vier soorten motivatie

Hoewel ik de ‘motivatie terminologie’ tijdens de lerarenopleiding voornamelijk interpreteerde als goed versus slecht, leerde ik later dat motivatie een schaal is. Intrinsieke en extrinsieke motivatie zijn twee uitersten, maar volgens de zelfdeterminatietheorie zitten nog twee soorten tussen die de leerling wel kunnen laten leren. Waar je je als leerling bevindt op de schaal, heeft te maken met drie gevoelens die leerlingen kunnen ervaren als ze aan een taak werken. Het eerste onderdeel is een gevoel van autonomie, wat te maken heeft met zelf keuzes maken. Een voorbeeld is dat leerlingen zelf kunnen bepalen aan welke opdrachten zij gaan werken. Het tweede punt is verbondenheid. Dit houdt in dat leerlingen het gevoel hebben ergens bij te horen, bijvoorbeeld bij hun vriendengroep in de klas. Als laatste wordt motivatie bepaalt door een gevoel van competentie, wat inhoudt dat de leerling het gevoel heeft dat diegene iets goed kan.

 

Model - motivatie van leerlingen

 

Bij de externe regulatie voelt de leerling een lage mate van autonomie en verbondenheid, waarbij hij voornamelijk zijn taak uitvoert om straf te ontlopen. De leerling komt bijvoorbeeld opdagen, zodat hij niet hoeft na te blijven, maar heeft geen zin om naar school te gaan.

Bij de geïntrojecteerde regulatie maakt de leerling een keuze tussen autonomie of verbondenheid, maar voelt diegene dit niet tegelijkertijd. Leerlingen met dit gevoel handelen vaak vanuit schaamte, schuld, competitie of (een gebrek aan) eigenwaarde. Een voorbeeld is een leerling die veel oefent voor een wiskundetoets, omdat diegene bang is om met een slecht cijfer diens ouders teleur te stellen.

Bij de geïdentificeerde regulatie ervaart de leerling een hoge mate van autonomie en verbondenheid. De leerling handelt vanuit gevoelens van persoonlijk belang en waarden die aansluiten bij de wereld om hem heen. Ook handelen voor de toekomst hoort hierbij. Een voorbeeld hierbij is een leerling die het profiel natuur en gezondheid heeft gekozen, omdat hij later arts wil worden.

Alledrie de soorten motivatie komen van buitenaf en vallen daarom onder extrinsieke motivatie. Echter, de motivatie kan ook vanuit binnen komen; de intrinsieke motivatie en het ideaal binnen de onderwijswereld. Leerlingen ervaren een hoge autonomie en competentie, waarbij zij handelen vanuit interesse en plezier. Een voorbeeld hiervan is een leerling die altijd aanwezig is tijdens muziekles, omdat hij gitaar spelen erg leuk vindt.

 

Leerlingen extrinsiek motiveren

Kortom, de motivatie van leerlingen, en met name de extrinsieke motivatie, is dus niet zo zwart/wit als ik (en wellicht jij ook) dacht. Ik zou elke mentor dan ook willen meegeven na te denken over het verhogen van de motivatie, maar je niet blind te staren op het willen bereiken van de intrinsieke motivatie. Dat is namelijk erg lastig, zeker in de puberfase. Bovendien staat elke leerling ergens anders op de schaal en verschilt hun positie per vak en vaardigheid. Focus dus op het stapje vooruit bij de individuele leerling en laat ze nadenken over hun interesses, bijvoorbeeld via onze doorlopende LOB leerlijn, dan komt plezier vanzelf.

Deel deze pagina

Tags