Mees Kees #1: Astrid over haar Meester Frank

Gepubliceerd op: 17 maart 2015
Door: Astrid van Pelt

Stuntelig, onhandig, maar ook grappig en stoer: dat is Mees Kees, de meester op een basisschool en hoofdpersoon in de gelijknamige boeken en films. In deze blogserie lees je dat er in het echte leven ook heel veel ‘Mees Kezen’ rondlopen: docenten die misschien niet de beste waren, maar door hun originele manier van lesgeven een onuitwisbare indruk maakten op de leerlingen. In deze eerste blog vertelt Astrid over haar Mees Kees: meester Frank.

Als kind zat ik op een Jenaplanschool. Groep 3, 4 en 5 zaten bij elkaar, net als groep 6, 7 en 8. Aan het eind van groep 5 was iedereen lichtelijk gespannen: met welke leraar zouden we het de komende drie jaar moeten doen? Er waren drie mogelijkheden, ingevuld door twee juffen en één meester. De juffen waren van middelbare leeftijd en het leek wel alsof het zwaartekrachtveld rond hun mondhoeken niet normaal functioneerde: hun mond stond altijd op standje ontevreden. Ook was er een meester. Meester Frank. Die had een soort boomhut gebouwd in zijn klas, leerde de klas liedjes en speelde zelf mee op gitaar. Iedereen wilde bij hem in de klas komen. Voor mij viel het balletje-balletjespel goed uit: in groep 6 was ik leerling van meester Frank.

Mees Kees
Foto: NFF

Wonderbaarlijke verhalen
Misschien is meester Frank wel de enige docent in mijn hele lerende leven geweest die mij het leven heeft leren kennen. In mijn pre-Frank tijd ging ik er altijd blindelings vanuit dat wat volwassenen verkondigen, per definitie waar is. Vanaf groep 6 werd dat anders. Meester Frank had een rijke binnenwereld. Dat kwam tot uiting in zijn fantasierijke verhalen. Alle leerlingen hingen aan zijn lippen. Zo vertelde hij dat zijn buurvrouw had meegedaan in een piramidespel en zo veel briefjes van 100 had gewonnen, dat ze op haar tien meter lange binnenmuur het woord ‘WELKOM’ had geschreven. De honderdjes vormden samen het woord. Ook vertelde hij dat hij een keer voor de grens naar Australië (ja, het is een eiland…) in een file terecht kwam. Zijn benzinetank was bijna leeg. Hij en de vriend waar hij mee reisde, liepen naar de auto voor hen, hielden een koffiebekertje naast de benzinedop, en voilá… het bekertje was in no time vol, zodat ze genoeg benzine hadden om verder te kunnen.

Raadseltjes
Niet alleen de verhalen van Frank waren raadselachtig, elke dag legde hij ons ook een raadsel voor. Bijvoorbeeld: een man wordt met doorgesneden polsen gevonden in een telefooncel. Kort daarvoor heeft hij gevist. Wat is er gebeurd? Als een geolied detectivebureau, dat alleen ja- en nee-vragen mocht stellen, moesten we als klas achter de toedracht komen van deze bloederige raadseltjes. Ons vragenvuur leverde nuttige informatie op, maar vaak werd de verwarring alleen maar groter. We konden de onduidelijkheid nooit lang verdragen, maar zodra we een ‘zaak’ hadden afgerond, konden we niet wachten onze tanden in de volgende hersenkraker te zetten. Door ons aan het werk te zetten, kon Frank rekenen op de onverdeelde aandacht.

Impact
Het is bijna twintig jaar na mijn memorabele tijd met Frank. Ik denk er zeker niet meer dagelijks aan. Toch denk ik dat zijn persoonlijkheid en de manier waarop hij met ons omging een heel groot stempel heeft gedrukt op wie ik ben en hoe ik denk. Door Franks ongeloofwaardige verhalen, ben ik kritischer geworden op wat mensen zeggen en heb ik een radar gekregen voor inconsistenties. Misschien heb ik daarom wel een journalistieke studie gevolgd. Ik hou ervan om smeuïge verhalen te vertellen over al mijn Bridget Jones-achtige avonturen, hoewel het waarheidsgehalte in mijn verhalen wel een stuk hoger ligt dan in die van Frank. Ook heb ik een voorliefde voor het ‘ongewone’, dat ik vaak tot in de details wil begrijpen. Die hang naar informatie wordt ongetwijfeld gevoed door nog wat achtergebleven raadseltjesanticipatie.

Misschien was Frank wel een Tumulter avant la lettre. De creatieve manier waarop hij lesgaf, zorgde ervoor dat leerlingen het leuk vonden dingen te leren. Het geheim? Wij hadden niet door dat we aan het leren waren, wij hadden gewoon een gezellige tijd. Pas als je plezier in leren hebt, sta je echt open voor nieuwe kennis en vaardigheden. Dat is de visie van Tumult en blijkbaar ook die van Frank.

Als kinderen waren wij niet mans genoeg Franks verhalen openlijk in twijfel te trekken. Ik neem hem ook niets kwalijk, ik vermoed zelfs dat hij didactisch heeft gelogen, om ons wakker te schudden. Misschien is dat wel het meest nobele wat een docent kan doen: zijn eigen imago op het spel zetten om zichzelf als lesmateriaal voor het leven aan te bieden.

Wil jij ook vertellen over jouw Mees Kees? Laat het ons weten. Of kom je niet uit het telefooncelraadseltje? Stel me maar een vraag waar ik ja of nee op kan antwoorden.

Misschien vind je dit ook interessant

One Response

  1. Ja, wat ben ik gek op dit soort docenten Astrid. Creatief, een tikkeltje ‘anders’ en niet bang om buiten de gebaande paden te gaan. Dit zijn de docenten die leerlingen leren dat kleuren niet perse binnen de lijntjes moet; maar daar waar jij vindt dat wat kleur moet komen. Ik hou ervan!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Search